Een paar regels voor de terugbetaling van laadkosten elektrische wagens
Eindelijk. Er is duidelijkheid over de terugbetaling van elektriciteitskosten voor het thuis opladen van bedrijfswagens. Niet alleen die van u als bedrijfsleider, maar ook die van uw medewerkers. Want daar moeten we sowieso naartoe: iedereen elektrischs. Er is gekozen voor eenvoud, al zijn er wel een paar spelregels. Drie minuutjes van uw tijd, en u bent helemaal mee.
Op 5 december 2024 verscheen een zogenaamde circulaire op de website van de fiscus. Een instructie, zeg maar, die voorlopig geldt tot eind 2025. Voor het geval ze niet wordt verlengd, dus.
Samengevat: werknemers en bedrijfsleiders die thuis hun elektrische bedrijfswagen opladen, kunnen voortaan een belastingvrije terugbetaling van hun elektriciteitskosten ontvangen. Deze terugbetaling gebeurt op basis van een forfaitair tarief per kWh, berekend op het CREG-tarief. Elk kwartaal wordt dit aangepast.
Voor de eerste drie maanden van 2025 bedragen de maxima per kWh:
• 0,2822 euro in Vlaanderen,
• 0,3294 euro in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest,
• 0,3256 euro in Wallonië.
Belangrijk om weten: werkgevers kunnen kiezen om het laagste tarief (het Vlaamse, dus) te hanteren voor alle werknemers, ongeacht hun woonplaats. Dit om de administratie te vereenvoudigen, maar het kan dus gevolgen hebben voor werknemers die in gewesten met een hoger tarief wonen.
Stel: Sofie, een marketing manager die in Brussel woont, laadt thuis haar elektrische bedrijfswagen op. Haar Vlaamse werkgever betaalt haar belastingvrij 0,3294 euro per kWh terug op basis van het tarief in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. Bij een gemiddeld verbruik van 300 kWh per maand ontvangt ze maandelijks 98,82 euro, belastingvrij. Evengoed kan diezelfde werkgever beslissen om geen rekening te houden met de woonplaats van de werknemers. Iedereen krijgt dan het laagste, Vlaamse tarief van 0,2822 euro. Sofie krijgt dan maandelijks 84,66 euro terug, belastingvrij.
De spelregels
De regeling komt niet zonder eisen. Ten eerste moet de werkgever een laadpaal ter beschikking stellen, voorzien van een communicatiesysteem dat precies registreert hoeveel elektriciteit wordt verbruikt voor de wagen. Daarnaast moet er een duidelijke car policy zijn die de terugbetaling van de laadkosten regelt.
Deze tolerantieregeling is voorlopig, omdat de fiscus dit ziet als een uitzondering op de regel dat de elektriciteit eigenlijk rechtstreeks door de werkgever geleverd zou moeten worden. Daarom blijft de regeling gelden tot 31 december 2025, tenzij er een verlenging komt natuurlijk. Iets wat niet uitzonderlijk is in dit soort gevallen.
Het is hoe dan ook de moeite om nu al de nodige aanpassingen te doen. Zorg ervoor dat uw werknemers profiteren van deze belastingvrije terugbetaling, en voorkom vooral mogelijke fiscale discussies. Denk aan het updaten van uw car policy en zorg ervoor dat de laadpalen die u laat plaatsen beschikken over het nodige communicatiesysteem.
